Van inspiratie tot boek

Het was voorjaar 2021 en lopend door het park was ik op weg naar huis. Die ochtend zou een bijzonder jongetje van 8 jaar voor een tweede afspraak in de praktijk komen. Zijn hulpvraag ging door mijn gedachten, terwijl ik zo langs het water liep waar ik eenden, meerkoeten en waterkipjes zag zwemmen. Ik grinnikte in mijzelf; ik herkende het natuurlijke gedrag van deze watervogels in hoe kinderen omgaan met de gevoelens waarmee ze soms worstelen. Er ontstond spontaan een verhaal hierover in mijn gedachten, een verhaal dat ik later die ochtend zou kunnen gebruiken in het contact met deze jongen.

Tijdens en na dit tweede consult vielen me meer leuke ideeën in en ik besloot dat ik ze wilde opschrijven. In de drukte van alledag komt daar meestal niks van terecht, dus ik reserveerde een paar ochtenden in mijn agenda, zette mijn telefoon uit en met een flinke pot thee voor m’n neus, pen en papier en een paar mooie stenen op mijn bureau, ging ik ervoor zitten. Een korte meditatie verder nam ik mijn pen in mijn hand en staarde naar het lege papier. Niet wetende waar te beginnen zei ik in gedachten tegen mijzelf: “Oké Esther, schrijven maar.” En toen mijn pen vervolgens het papier raakte, kwamen de woorden als vanzelf. Woorden werden zinnen, zinnen werden alinea’s, alinea’s vulden pagina’s en her en der maakte ik tekeningetjes die de tekst verduidelijkten. Ik schreef tot de klok van 12.00 uur en keek toen op. Ik had 10 pagina’s geschreven! Vreemd genoeg in een handschrift zoals ik dat op de basisschool had geleerd en zoals ik daarna nooit meer had geschreven.

De volgende ochtend zat ik weer achter mijn bureau en opnieuw vloeide de inkt uit mijn pen zich samen tot woorden en zinnen, en uit het niets ontstonden er hoofdstukken. Het leek wel een boek te worden! Die avond meldde ik manlief dat ik aan het schrijven was gegaan, dat ik zo’n 25 pagina’s had beschreven, en ik grapte dat het leek alsof ik een boek aan het schrijven was. Maar, zei ik, ik schrijf gewoon even op wat er in me opkomt en verder zien we wel wat het wordt. Het zou toch wat zijn, als ik zomaar opeens een boek zou schrijven!

Zo ging het proces nog twee ochtenden door; ik las terug wat ik de dag daarvoor had geschreven, nam een moment van stilte en ik wist wat er moest volgen. Zo puzzelde ik de verschillende geschreven stukken in elkaar, verplaatste wat dingen naar voren of juist terug en opeens stond er en een titel op het schrijfstuk: ‘Wie ben ik?’ Bij de titel maakte ik een tekening van een poppetje met daarin een vraagteken verwerkt.

Ik besloot het geheel uit te typen in Word en met behulp van onze oude bekabelde muis en het tekenprogramma binnen Word, wist ik de afbeeldingen op een amateuristische manier digitaal te maken. Voorzichtig vertelde ik een paar vriendinnen dat ik een boek had geschreven en ik vroeg ze om het te beoordelen. Ik vond het zo spannend om mijn schrijfsel door een ander te laten lezen! Gelukkig waren de reacties verrassend positief.

De eigenaar van de lokale boekhandel en een internationale kinderboekenschrijver die ik vervolgens benaderde, wilden het ook graag lezen en beiden gaven zij mij positieve feedback: ‘Heel leuk geschreven, ik kan me wel voorstellen dat kinderen hier echt wat aan hebben.’ en: ‘Leuk! Hier moet je wat mee gaan doen hoor Esther.’

Er wat mee gaan doen… de maanden die volgenden schreef ik een tiental uitgevers aan. En van al deze uitgevers kreeg ik een keurig berichtje van afwijzing terug, meestal met dezelfde reden: ‘uw werk past niet in ons genre’. In diezelfde periode van aanschrijven en afwachten werd ik telefonisch benaderd door een dame die onderzoek deed naar hoe therapeuten zich in beeld uiten naar hun cliënten. Een leuk en spontaan gesprek waar ik een paar maanden later aan herinnerd werd toen ik een berichtje van haar in mijn mailbox aantrof, met het aanbod voor een vrijblijvende brainstormsessie rondom beeldgeving. Aangezien ik nog niet verder kwam met de uitgevers wilde ik graag eens met haar brainstormen. Deze dame bleek niet alleen goed te zijn in beeldgeven, ze was ook nog eens ervaren op het gebied van vormgeving en ze zou mijn werk tot een compleet boek kunnen omtoveren. Een offerte volgde en we gingen aan de slag.

Het creatieproces vond plaats in het voorjaar, precies een jaar nadat ik zoveel inspiratie had ontvangen. Gedurende zo’n drie maanden was ik elke dag met het boek bezig; teksten controleren op spelling en indeling, illustraties beoordelen en van feedback voorzien, een inleiding en nawoord schrijven, kleuren uitkiezen, proefdrukken bekijken, een ISBN-nummer aanvragen, een prijs bepalen, papiersoort kiezen, website ombouwen, en ga zo maar verder. Het voorjaar hing in de lucht, ik had energie te over en ik voelde me zwanger! Zwanger van een boek. En het boek werd geboren, wat een cadeau!

Hier een deel uit het dankwoord van het boek;

“Ook gaat mijn dank uit naar een bijzonder jongetje (8 jaar) die in het voorjaar van 2021 twee maal mijn praktijk bezocht. In het werken met hem ontving ik zoveel inspiratie, dat ik besloot om mijn ingevingen op te schrijven. Hoewel ik nog nooit had geschreven, rolden er in een paar ochtenden tijd lappen tekst uit mijn pen waarbij ik hele eenvoudige tekeningetjes schetste, ter ondersteuning van de tekst. Spontaan ontstonden er hoofdstukken, nieuwe inzichten, grappige plaatjes en een compleet verhaal op papier. Ik voel me zeer dankbaar voor de inspiratie die ik hiervoor vanuit de Lichtwereld mocht ontvangen. Nadat ik me realiseerde dat dit wel eens een behulpzaam boek voor (hoog)gevoelige kinderen en hun ouders zou kunnen worden, ben ik het verhaal gaan uitwerken.”